Sportblessures, liever niet!
Een sportblessure ontstaat vaak door een overbelasting, onjuiste trainingsopbouw of het gebruik van verkeerd materiaal. Veelvoorkomende blessures zijn: de knie, een verzwikte enkel en rug -en nekklachten. Maar hoe kan je dit voorkomen? Gelukkig zijn er veel manieren die de kans op het krijgen van een blessure kunnen minimaliseren. Zo zijn een warming up en cooling down bijvoorbeeld heel belangrijk! Op deze pagina lees je waarom en wat je nog meer kunt doen.
Warming up en cooling down
Een warming-up is belangrijk om het lichaam en vooral de spieren, op ‘bedrijfstemperatuur’ te brengen. Vergelijk het met een motor die warm moet worden om soepel te kunnen draaien. Door de hogere temperatuur wordt het spierweefsel soepeler en kan het een grotere rek weerstaan. Je sportprestatie kan daardoor ook nog eens verbeteren! Daarnaast is de kans op een sportblessure dus kleiner.
Bovendien is de warming-up bevorderend voor:
* de doorbloeding van de spieren
* het openstaan van de haarvaten
* stofwisselingsprocessen in het lichaam
* de zuurstofopname
De cooling-down zorgt ervoor dat je lichaam geleidelijk tot rust komt. Dit voorkomt blessures en verbetert het herstel!
Door een cooling-down:
* blijft de doorbloeding in de spieren actief
* worden alle geproduceerde afvalstoffen (bijvoorbeeld melkzuur) beter afgevoerd
Luister naar je lichaam
Het is ten alle tijde belangrijk om naar je lichaam te blijven luisteren en daar ook gehoor aan te geven. Heb je dus pijn of voel je dat je lichaam bepaalde oefeningen niet aan kan, forceer het dan vooral niet! Ook is het natuurlijk belangrijk om geschikte schoenen te dragen om voetblessures te voorkomen.
Een goede opbouw van oefeningen is ook van belang. Als je begint met sporten, is het raadzaam om niet te hard van stapel te lopen.
Voorkomen is beter dan genezen!